|
Substitutie goederen:
Goederen die
elkaar kunnen vervangen. De consument let bij aankoop alleen op de
prijs van het te kopen product.
Complementair goederen:
Goederen die elkaar aanvullen. Bijvoorbeeld: shag & vloei of
auto & benzine.
Betalingsbereidheid:
Met
de betalingsbereidheid geven we aan hoeveel iemand (maximaal) bereid is
om uit te geven aan een bepaald product. Dit heeft te maken met iemands
behoeften, prioriteiten en beschikbare hoeveelheid geld.
Consumentensurplus:
Met het
consumentensurplus wordt het cumulatieve verschil tussen de individuele
gebruikswaarde van een consumptiegoed en de marktprijs wordt
uitgedrukt. Voorbeeld: Voor een bepaald product bestaat een potentieel
van consumenten die bereid zijn tot 45 euro voor het product te
betalen. Het product is voor 20 euro op de markt. De som van de
verschillen tussen de betaalde prijs (20 euro) en de prijs die men
bereid is te betalen (tussen 20 en 45 euro) vormt samen het
consumentensurplus.
Vraagfunctie:
Formule die het verband aan tussen de gevraagde hoeveelheid
van een bepaald goed en de prijs ervan laat zien.
Negatief
verband:
Bij een negatief verband geldt dat een stijging een daling zal
veroorzaken, of
een daling een stijging. + & - = - maar ook geldt dat -
& + = -
Ceteris-paribus
voorwaarde:
Alle overige factoren veranderen niet.
Producentensurplus:
Het producentensurplus laat zien hoeveel het verkochte goed de
producenten minder waard is dan de prijs die ze ervoor ontvangen.
Positief
verband:
Bij
een positief verband geldt dat een stijging een stijging zal
veroorzaken, of een daling een daling. + & + = + maar ook geldt
dat
- & - = +
Aanbodfunctie:
Formule die het verband aan tussen de aangeboden hoeveelheid van een
bepaald goed en de prijs ervan laat zien.
Evenwichtsprijs:
De
evenwichtsprijs is de prijs waarbij de gevraagde hoeveelheid gelijk is
aan de aangeboden hoeveelheid. Bij de evenwichtsprijs zijn er geen
overschotten en geen tekorten: iedere vrager, die de prijs wil betalen,
kan zich het productaanbieder kan zijn totale productie, tegen de
marktprijs, verkopen.
Evenwichtshoeveelheid:
De evenwichtshoeveelheid is de hoeveelheid die bij de evenwichtsprijs
wordt verhandeld.
Totale
surplus:
Consumentensurplus + producentensurplus. |
|