Anticyclisch conjunctuurbeleid:
Het beleid van de overheid dat de conjunctuurgolf afzwakt.
Procyclisch conjunctuurbeleid:
Het beleid van de overheid dat de conjunctuurgolf versterkt.
Automatische stabilisatoren:
Mechanismen in het overheidsbeleid die zorgen voor een stabieler
verloop van de conjunctuur. Voorbeelden zijn uitkeringen en de
progressieve belastingen.
Internationale concurrentiepositie:
Landen produceren en verkopen de producten die zij het beste of het
goedkoopste kunnen produceren.
Loonmatiging:
De lonen stijgen niet of maar met een heel klein percentage.
Rentebeleid of monetair beleid:
Het beleid dat gericht is op de beïnvloeding van de geldhoeveelheid
met als doel het stabiliseren de eigen valuta. Dit geldt zowel voor
de koopkracht als de wisselkoers. |